Zijn persoonlijkheid en zijn reizen
Door velen is opgemerkt dat ds. Doornenbal eigenlijk
niet te plaat-sen was. Hij had vrienden uit de meest uiteen lopende richtingen.
De vrijzinnige ds. Spelberg kwam na zijn emeritaat meer dan eens bij hem onder
het gehoor. Ds. Doornenbal maakt veelal geen duidelijk onderscheid tussen
vrienden en mensen met wie hij zich eensgeestes weet. Opvallend is zijn grote
mildheid.
Aan de ene kant kan hij zeer kritisch schrijven over de
Gerefor-meerde Kerken en in het bijzonder over Kuyper. De leer van
ver-onderstelde wedergeboorte was een gruwel in zijn ogen. Aan de andere kant
blijkt dat hij ook in deze kerken zijn vrienden had. Ds. Doornenbal was echt
een gemoedsmens en een man van stemmin-gen. Al maakte hij geen duidelijk
onderscheid tussen vrienden en geestverwanten, het is wel duidelijk dat hij
zich van harte verbonden wist met hen die leefden uit het geloof in de
drie-enige God en voor wie de band met Christus een zaak was van het hart.
Ds. Doornenbal heeft meerdere reizen naar het buitenland
ge-maakt. In Amerika heeft hij meer dan eens gelogeerd bij ds. Lamain. Het
contact was allerhartelijkst. Met de zelfspot die hem eigen was, schreef hij in
de classicale kerkbode: "Ik weet niet of ik ooit de moed zou kunnen
opbrengen om bij een geacht, geëerd en geweldig prediker als ds. Lamain in huis
te komen, als niet alles waarvoor ik sidder en beef aan zijn kant werd gecompenseerd
door zijn weder-helft. Voor haar ben ik minder bang dan voor hem, want in zijn
tegenwoordigheid word ik altijd mijn ambtelijke en geestelijke tekort-komingen
bewust en ik voel mij een klein kind bij deze geweldenaar in het geestelijke
koninkrijk. Toch moet ik zeggen dat het in huis wel meevalt, en dat hij in
tegenwoordigheid van vrouw en kroost niet zo schrikwekkend is als je zou
denken. De sfeer in huis is dan ook in alle opzichten prima, het is echt een domineesgezin
in de beste zin van het woord, en ik voelde mij er thuis."
Band met ds.
Rustige
Een bijzondere band had ds. Doornenbal met ds. Rustige,
een predikant die geheel op zichzelf stond. Ds. Doornenbal was niet altijd
makkelijk te peilen. Van wat hij erover heeft geschreven in de kerkbode krijg
je de indruk dat ds. Rustige één van de weinigen is geweest die hij echt in
zijn hart heeft laten kijken.
Wat ds. Doornenbal aan ds. Rustige verbond, waren niet
het minst ook zijn humor en het feit dat hij van alle vromigheid was bevrijd.
Sommigen namen ds. Doornenbal zijn vriendschap met ds. Rustige kwalijk. Een
professor had gezegd dat de exegese van ds. Rustige verschrikkelijk was en zijn
stijl abominabel. Ds. Doornenbal merkte toen op dat naar zijn inzicht ook de
stijl van de bewuste professor nergens op leek en dat ook diens exegese
verschrikkelijk was.
Vervolgens bracht hij naar voren met betrekking tot zijn
vriendschap met ds. Rustige: "De lezer moet maar bedenken: soort zoekt
soort." Over deze vriendschap heeft hij nog het volgende geschreven:
"Vanaf die eerste ontmoeting heeft hij mij doorzien en alles van mij
begrepen, zoals hij vorige week, op zijn sterfbed nog zei. Hij heeft mij er
niet om verworpen, maar er is een band tussen ons gelegd, hij heeft mij in
zijn hart besloten en in zijn voorbidding betrokken.