woensdag 16 oktober 2013

De rechtvaardiging in de vierschaar van het geweten 5 (slot)

De kern van de leer van de rechtvaardiging
Tegenover dit verwarde gevoelen wil ik de leer van de rechtvaardi­ging door het geloof en de betekenis die de bevinding daarbij heeft, nog eens kort weergeven. Waar de Heere ons door Zijn Woord en Geest in het hart raakt, wordt de vraag geboren: Hoe kan ik recht-vaardig ver­schijnen voor God? Door de wederbarende werking van Gods Geest wordt ons verstand ver­licht in de kennis van Chris­tus, onze wil wordt vernieuwd en onze gevoe­lens gereinigd. We ne­men de toevlucht tot Christus Die ons aangeboden wordt op niet. Op grond van Zijn ver­diensten verklaart God ons recht­vaardig. Zij die door het geloof met Christus verbonden wor­den, ontvan­gen ook het onderpand van de Heilige Geest.
 De Heilige Geest doet ons de troost en kracht van het Woord ervaren, verwekt in ons hart heim­wee naar God en droefheid naar God. We bevinden onze eigen verlo­renheid en ver­dorvenheid. We mogen ook bevinden dat God de waar­achtige is. Deze bevin­ding is geen grond van het geloof, maar wel een vrucht en be­wijs ervan. Zij begeleidt het hele leven lang het leven van het geloof. Tel­kens weer bedreigt de christen het gevaar dat hij rijk wordt in zich­zelf. Wij moe­ten steeds weer leren om met alles wat wij van de Heere ondervinden een arme bedelaar te blijven.
Dat neemt niet weg dat de bij ­nood en druk wel troost mogen putten uit vroegere be­vinding/ondervinding van de trouw van God. De psalmist zei: "'k Zal gedenken, hoe voor dezen ons de HEER' heeft gunst bewezen." Hier op aarde wandelen Gods kinderen tot aan hun laatste ademtocht door het geloof. Daarna mogen wij wandelen door aan­schouwen. Dan is alle strijd en aanvechting voor­goed voorbij.
Als het gaat om geloofszekerheid en geloofsstrijd is het mogelijk het onderscheid tussen de rechtvaardiging in de vierschaar van God en die van het geweten op een heel zinvolle manier te gebruiken. Als wij door een waar geloof Christus worden ingelijfd, verklaart God ons voor Zijn rechterstoel rechtvaardig. Het geloof waardoor wij Christus omhelzen, gaat nooit buiten alle gevoel om. Dat geloof woont immers in het hart. Zo geeft het rechtvaardigend geloof troost in (de vierschaar) van het geweten.
Die troost kan soms overweldigend groot zijn. Er kan ook zekerheid zijn, ook al is een geen zoete ervaring van troost. Het is echter ook mogelijk dat het heel donker is. Het is meer dan eens zeer geoefende christenen nog op hun sterfbed overkomen dat alle hoop hen ontviel. Wij kunnen het dan zo zeggen dat zij in hun geweten niet meer voelden dat zij weer God rechtvaardigt waren. Wat is het dan groot te weten dat God meerder is dan ons hart, ons gevoel en ons geweten. Een christen die eenmaal in de vierschaar van God is vrijgesproken, is voor eeuwig vrij van Gods toorn. Dat staat of valt niet met zijn gevoel ervan.
Hier geldt wat Paulus betuigde: ‘Wat zullen wij dan tot deze dingen zeggen? Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken? Wie zal be­schuldiging inbrengen tegen de uitverko-renen Gods? God is het, Die rechtvaardig maakt. Wie is het, die ver­­doemt? Christus is het, Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook ter rechter hand Gods is, Die ook voor ons bidt. Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking, of benauwdheid, of vervolging, of honger, naaktheid, of gevaar, of zwaard? (Gelijk geschreven is: Want om Uwentwil worden wij den gansen dag gedood; wij zijn geacht als schapen ter slachting.) Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars, door Hem, Die ons liefgehad heeft. Want ik ben verzekerd, dat noch dood, noch leven, noch engelen, noch overheden, noch machten, noch tegenwoordige, noch toekomende dingen, Noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onzen Heere’ (Rom. 8:31-39)
Tenslotte is er nog een boekje dat ik in dit verband heel harte­lijk kan aanbevelen. Het is ge­schreven door ds. Knight. Er verscheen een Nederlandse vertaling en de titel luidt De rechtvaardiging van de goddeloze. Ds. Knight was een En­gelse predikant. Zelf heb ik hem eenmaal op de Leicesterconferen­tie in Engeland ontmoet. Het is één van de ontmoetingen die ik niet snel zal vergeten. Vele jaren heeft ds. Knight een baptisten­gemeente in Grand Rapids in Amerika ge­diend. Daar kwam hij met chris­tenen van Nederlandse afkomst in aanra­king die de hierboven geschetste gevoelens over de rech­tvaardiging in de vierschaar van het geweten huldigden. Vanuit de Schr­ift en met citaten uit werken van tal van gerefor-meerde theologen zet Knight in het genoem­de boekje de bijbel­se leer van de rechtvaardiging uiteen.
In het door mijzelf geschreven boek Christus Die ons leven is wordt de leer van de rechtvaardiging niet afzonderlijk aan de orde gesteld, maar meerdere zaken daaraan gerelateerd komen aan de orde. Wie zich breder wil laten informeren, verwijs ik naar deze publicatie. Moge datgene wat hier geschreven is tot bezinning en verduide­lijking zijn.